Ik wil gaan staan
als nooit tevoren
afdalen uit mijn ivoren toren
en naar het verlossende licht toegaan
de stralen als lauwerkrans
dragen in mijn haar
en dansen als derwisj, ronddraaien
op de binnenplaats
Ik heb de wil om op te staan
die heb ik diep, diep opgeput
uit de krochten van mijn ziel
uit de gewelven onder mijn bestaan
daar waar ijs brandt
en diamanten parelen als vloeibaar goud
waar het grote scheppen zaden plant
de vorm de inhoud raakt
Ik ben opgestaan
door te blijven zitten
want in het blijven, zit mijn gaan
in het loslaten mijn vertrouwen
om op eigen kracht
vanuit de wortel naar de kroon
van vader op zoon op zoon
het volle leven aan te gaan
stromend, stomend in tijd en ruimte
staan!
Ido, 21 februari 2011